Binnen onze instelling werken twee pedagogen; een pedagoog voor ontwikkeling stimulering en een pedagoog voor zorg kinderen. Bij deze pedagogen behoren binnen ons bedrijf de volgende competenties:

Methodisch werken met en voor cliëntsystemen
De pedagoog kan:
      - zich oriënteren op een pedagogische situatie in alle mogelijke vormen,
        kan signaleren en deze situatie vervolgens analyseren 
      - vanuit voorgaande analyse in samenspraak met het cliëntsysteem de situatie
        pedagogisch diagnosticeren 
      - na pedagogisch diagnosticeren verandermogelijkheden benoemen en zo nodig een
        indicatie stellen
      - de verandermogelijkheden en de indicatie in samenspraak met de cliënt in
        traject zetten
      - vorm en inhoud geven aan het veranderplan, kan het veranderplan 
        evalueren kan de uitvoering ervan te coördineren       

Opbouwen van vakdeskundigheid
De pedagoog heeft:
      - kennis van de theoretische basis van de pedagogiek en haar hulpwetenschappen.
      - kennis van het pedagogisch werkveld en de doelgroepen daarin.
      - integrerend inzicht in levenslopen, ontwikkelingstrajecten en ontwikkelingsopgaven.
      - kennis van de wisselwerking tussen individuele ontwikkeling en
        sociale, economische, politieke en juridische omgeving op verschillende niveaus

Werken in en vanuit een arbeidsomgeving
De pedagoog:
      - heeft inzicht in een arbeidsomgeving en de arbeidsverhoudingen daarbinnen 
      - kan samenwerken met professionals, kan afstemming en samenwerking
        stimuleren en organiseren, zowel intern als extern
      - kan coördinerende en leidinggevende taken uitvoeren 
      - kan bijdragen aan beleidsontwikkelingen, de concretisering en de
        uitvoering daarvan, mede vanuit pedagogisch perspectief

Vermogen tot samenwerken en communicatie
De pedagoog:
      - kan een professionele samenwerkingsrelatie aangaan en onderhouden
      - beschikt over adequate schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid
      - kan omgaan met en afstemmen op een diversiteit van normen en waarden.
      - kan zich sociaal vaardig opstellen binnen intermenselijke situaties

Ontwikkelen tot professional
De pedagoog:
      - kan zijn eigen handelen in relatie tot zijn rol/functie/taken
        kritisch bekijken, beoordelen en het handelen op basis daarvan vormgeven
      - kan alle genoemde competenties in hun wederzijdse samenhang
        integreren en hanteren
      - kan planmatig en doelgericht werken, vanuit een flexibele,
        initiërende en ontwikkelingsgerichte beroepshouding, zowel zelfstandig
        als in teamverband nodigt uit tot inbreng  
      - beschikt over doorzettingsvermogen, is motiverend en stressbestendig
      - functioneert vanuit een basis van creativiteit, integriteit, empathie

Gedragsindicatoren pedagoog;
      - Doelgericht werken
      - Flexibiliteit
      - Initiatief
      - Onafhankelijkheid
      - Creativiteit
      - Integriteit
      - Empathie
      - Doorzettingsvermogen
      - Motiverend
      - Stressbestendig